Jaarverslag Nr. 5 - juni 2012

Wat vooraf ging

Stichting Jalihal heeft als doel om 750 kasteloze vrouwen op het platteland in India een kans te geven om zelf een redelijk bestaan op te bouwen. We werken samen met een lokale organisatie: Yerala Projects Society (YPS). In 2005 zijn we begonnen met een naaimachineproject dat in 2 jaar succesvol is afgerond. Van 2007 tot december 2010 is een geitenproject uitgevoerd. 200 vrouwen hebben een uitgebreide training gevolgd om geiten houden te leren. Verzorging, voeding, ziektebestrijding, fokken en kopen/verkopen van geiten op de lokale markten in de omgeving kwamen aan de orde. Ook is er een centrale geitenstal gebouwd, die model staat voor de praktijk. Die training zorgde er ook voor dat de vrouwen uit hun isolement kwamen. Ze zijn nu elkaar tot steun, terwijl ze er eerder alleen voor stonden. Na de training kregen de vrouwen ieder 5 geiten en een bok tot hun beschikking. Ze fokken met de dieren en de jonge aanwas kunnen ze verkopen. Daarmee verhogen ze hun inkomen. Op termijn geven de vrouwen 6 jonge geiten en 1 bok terug aan YPS. Zo kunnen ook andere vrouwen geiten gaan houden.

Van geitenproject naar Gemengd Agrarisch Project

De stichting is genoemd naar het dorp Jalihal, één van de 22 dorpen die ons werkgebied vormen. Het is een afgelegen regio, het klimaat is heet en droog, water is er schaars en de grond is arm. Gevaar voor woestijnvorming is niet denkbeeldig. De geiten die door ons project in aantal toenemen in de regio zorgen natuurlijk voor enige milieudruk. Om het effect daarvan op te heffen hebben we, vanaf december 2010 aan het geitenproject een landbouwgedeelte gekoppeld. Stukjes woeste grond van ongeveer 1” acre” (dat is 63 x 63 meter) worden ontgonnen, de grote keien worden er uit gehaald, er wordt organische mest toegevoegd en er worden dan voedergewassen voor de geiten op geteeld. Zo hoeven de geiten minder te grazen en bovendien is de bedoeling dat deze kleinschalige landbouw, bij gebleken succes, ook door andere gezinnen in de dorpen wordt opgepakt.

Om elk veldje worden bomen en struiken geplant, zodat er schaduw ontstaat en het microklimaat verbetert. Bovendien kunnen de vruchten van sommige bomen en struiken worden gevoederd, gegeten of verkocht. Door deze projectuitbreiding is het geitenproject veranderd in het Gemengd Agrarisch Project. Er zijn inmiddels 46 vrouwen die een training hebben gehad. 20 van hen kregen een geitenunit van 5 geiten en 1 bok. 26 vrouwen kregen 3 geiten en krijgen het volgend jaar nog 3 geiten of 2 geiten en 1 bok. 46 vrouwen hebben hun akkertjes zo ver klaar dat er, na de eerste regen, meteen op kan worden gemest, gezaaid en geplant.

Extreme droogte

Bijna altijd gaat het in juni-juli regenen. Na de eerste regen kunnen jonge boompjes en struiken worden geplant; andere gewassen kunnen dan worden gezaaid. Maar de regen is niet gekomen. Dat gebeurt gemiddeld eens in de 9 jaar. De eerste oogst van 2011 is dus niet gerealiseerd. Er is nog een tweede periode die regen brengt: september tot half oktober. Maar ook in die periode is er nauwelijks regen gevallen. Er is een toenemend gebrek aan water. Veel vrouwen moeten verder weg om water te gaan halen. De gewassen konden dus niet worden geplant. Dat kan pas gebeuren na de eerste regen van dit jaar.

Wat zijn de gevolgen van de droogte

Als er gebrek is aan water ontstaat er ook een tekort aan voeder voor de geiten. Bovendien moeten de vrouwen langer lopen met de geiten om ze voldoende te kunnen laten grazen. Ook de boeren die veel land ter beschikking hebben krijgen te maken met teruglopende groei. Veel vrouwen, die bijverdienste hebben door te werken op het land van die boeren, raken dat werk kwijt omdat overal de oogsten afnemen. Veel gezinnen trekken voor 4 tot 5 maanden weg om, honderden kilometers verder, suikerriet te gaan kappen. Dat is slecht betaald werk, maar het is voor velen de enige mogelijkheid. Het betekent ook dat de kinderen van die gezinnen al die tijd niet naar school kunnen. Velen lopen daardoor een achterstand op die ze nooit meer inhalen. Ook de samenhang in de dorpen heeft te lijden onder deze tijdelijke emigratie.

Hoe nu verder

In september 2011 zijn we met YPS in overleg gegaan om te kijken naar mogelijkheden om de vrouwen in deze situatie zo goed mogelijk te ondersteunen. Op de eerste plaats moeten we er voor zorgen dat er geen honger ontstaat. We hebben een bedrag van € 12.000,- overgemaakt, waarmee voor 200 vrouwen elke maand een pakket basisvoedsel beschikbaar komt. Dat loopt van januari tot en met juni van dit jaar.

Daarmee is de ergste, acute nood het hoofd geboden. Aansluitend kwam, zowel bij YPS als bij ons de vraag op of het mogelijk is ook droogvoer voor de geiten te kopen, zodat ze voldoende kunnen worden bijgevoederd. Ook daar hebben we voor een gedeelte in kunnen voorzien. Omdat het Gemengd Agrarisch Project nu vanwege de droogte een jaar langer gaat duren worden er meer kosten gemaakt voor de begeleiding van de vrouwen, bezoeken aan de dorpen, de kosten van de dierenarts, medicijnen en verzekering voor de geiten, loonkosten die YPS moet maken etc. Ook daarin gaan we gedeeltelijk voorzien. We voelen wel een dilemma: Zowel aan het voer voor de geiten als aan de kosten van de verlenging van het project dragen we de helft bij. Eigenlijk zouden we die kosten wel helemaal voor onze rekening willen nemen. Maar aan de andere kant: er bestaat veel kritiek over ontwikkelingshulp in de zin van het afhankelijk maken van hulp. Wat gebeurt er als we niets bijdragen aan de bestrijding van de droogte? Staan we een normaal verloop van de gebeurtenissen misschien in de weg? Moeten de deelneemsters aan het project hier zelf door heen komen, zonder hulp van buiten af, om tot een vernieuwing te komen? Je kunt ook zeggen: we kunnen de mensen toch niet in de steek laten, juist nu de nood het grootste is. Voor beide standpunten is wel iets te zeggen. Dat is ook de reden dat we er, voor de helft, wél aan bijdragen.

Nieuwe projecten

Samen met YPS hebben we gezocht naar mogelijkheden om tot nieuwe impulsen te komen. Juist als de vooruitzichten zorgelijk zijn moeten er nieuwe initiatieven worden ontwikkeld. Er zijn 2 extra activiteiten uit gekomen.

Er wordt een studiereis gemaakt door een aantal stafleden en verschillende vrouwen van de doelgroep. Die reis zal gaan naar een adviescentrum in Hyderabad of omgeving dat gespecialiseerd is in agrarische voorlichting in droge gebieden. Ook wordt een vrouwengroep bezocht in een dorp niet ver daar vandaan, waar Paul Enkelaar en Jan Paul Smit een film hebben gemaakt over een groep vrouwen die kans ziet een agrarisch bestaan op te bouwen onder omstandigheden die te vergelijken zijn met die van Jalihal. De film werd vertoond door Lokale Agenda 21 van Boxtel. Ze is op YouTube te vinden:

De bedoeling van deze reis is te onderzoeken of de methoden van werken in de Jalihal regio verbeterd kunnen worden, zodat de mensen minder afhankelijk worden van regen. Deze reis gaat € 3000,- kosten en is al door ons betaald. Er wordt voor 10 vrouwen ieder een huis gebouwd. Voor elke vrouw wordt eerst in haar familie daarover gesproken. Als de familie met het plan akkoord gaat stelt ze grond beschikbaar, waarop het huis kan worden gebouwd. Dat wordt ook officieel beschreven. Is die grond eenmaal toegekend dan worden de bouwmaterialen voor het huis beschikbaar gesteld. De vrouwen bouwen het huis bijna helemaal zelf met de hulp van buurtbewoners, familieleden en onder supervisie van YPS. De bouwmaterialen kosten per huis € 1.250,-. Wij stellen voor dit project € 12.500,- beschikbaar;

Prototype huis

Het hebben van een eigen plek om te wonen is voor alleenstaande vrouwen noodzakelijk om waardigheid te behouden binnen de dorpsgemeenschap. Dat zit diep verankerd in de samenleving in India en zeker op het platteland. Als deze vrouwen een eigen huis hebben en zelf voor hun inkomen zorgen dan worden ze in de samenleving van het dorp wel opgenomen. YPS bepaalt, samen met de lokale vrouwengroep die in elk dorp bestaat, welke vrouwen voor de verschillende projecten in aanmerking komen.

Toekomstperspectief

Zagen we gedurende de laatste jaren de situatie voor de vrouwen van onze doelgroep langzaam verbeteren; door de droogte van 2011 is die vooruitgang voor een deel verloren gegaan. Wel is gebleken dat door de grote betrokkenheid en de activiteiten van onze partner YPS er een sfeer van vertrouwen bestaat. De mensen voelen dat ze er niet alleen voor staan. We gaan verder op de ingeslagen weg: voorwaarden scheppen voor kleinschalige agrarische activiteit. Er komt meer nadruk op vakkennis. Hoe komen de mensen in Jalihal tot de juiste keuzes, in het oog houdend dat ook experts van de Universiteit Wageningen elkaar niet zelden tegenspreken? Hoe dan ook zal herstel van de ecologische systemen in de regio centraal staan. Dat is een helder uitgangspunt. In die richting zal meer expertise worden gezocht.

Financiën

Vanaf januari 2011 tot juni 2012 hebben we aan donaties ontvangen: Wereldwinkels € 10.939,- Particulieren € 31.883,- Divers € 66.167,- Bedrijven € 4.060,- Totaal € 113.049,-. Aan de school Scope hebben we € 24.000,- bijgedragen, aan noodhulp € 7.000,-. We hebben aan Wilde Ganzen € 29.590,- overgemaakt en Wilde Ganzen heeft daaraan toegevoegd € 14.662,-. (Gezamenlijke actie met Wilde Ganzen bedroeg dus € 44.252,-) Van NCDO is € 22.500,- ontvangen, die we aan YPS hebben doorbetaald. We hebben € 12.000,- overgemaakt voor voedselhulp en € 3.000,- voor de studiereis naar Hyderabad. Voor het Gemengd Agrarisch Project is dus overgemaakt € 44.252,- + € 22.500,- = Totaal € 66.752,-. Het totaal benodigde bedrag was begroot op € 70.282,-. Binnenkort maken wij de ontbrekende € 3.530,- over samen met € 6.000,- waarmee de overschrijding van het budget (vanwege de droogte) kan worden bekostigd. Er zijn dus middelen voorhanden. Zo gauw de regen komt kan het vertraagde landbouwgedeelte van het project worden uitgevoerd.
Klik hier voor het financiële jaarverslag van 2011.

Kashibai en haar gezin

Kashibai is weduwe. Ze heeft 3 dochters en een zoon. Haar oudste dochter is gehandicapt. Ze heeft 4 klassen basisschool doorlopen, maar daarna kon ze niet verder leren omdat een school voor haar te ver weg was. De andere kinderen gaan naar school. De man van Kashibai is een paar jaar geleden gestorven na een ernstige ziekte. Haar schoonfamilie heeft indertijd kosten gemaakt voor behandeling in het ziekenhuis en later voor de crematie. Ze hebben die kosten op Kashibai verhaald en haar land afgenomen. Kashibai heeft kans gezien dat geld terug te betalen zodat ze haar land weer terug kreeg. Om dat stukje land vruchtbaar te maken heeft ze hier en daar wat geld geleend om het te cultiveren. Maar juist dan blijft de regen uit en kan ze niets van dat land oogsten. Ze werkt ook op het land van anderen, maar dat is onvoldoende om van te kunnen leven. Ze verdient tijdelijk iets bij door maaltijden te verzorgen op een school. Nu kijkt zij, met zoveel anderen, uit naar de nieuwe regentijd.

Dank

Heel hartelijk danken wij u allen voor de donaties die we hebben ontvangen. Het gehele Gemengde Agrarische Project is financieel zeker gesteld. Bovendien was het mogelijk om de gevolgen van de droogte zo goed mogelijk op te vangen. Het uitblijven van de regen in 2011 heeft alle betrokkenen nog meer duidelijk gemaakt dat de natuurlijke biologische processen de weg zullen aanwijzen die tot verdere ontwikkeling kan leiden. Er is ontzettend veel wetenschap en informatie over agrarische ontwikkeling onder omstandigheden zoals die ook in Jalihal gelden. Het vinden van de juiste aanpak zal de komende tijd centraal staan. Wij blijven u op de hoogte houden.

Vriendelijke groeten,
namens het bestuur
Huub Bosse
Liempde, juni 2012

Omdat Dora en Huub Bosse zijn verhuisd is het adres van de stichting veranderd.
Hieronder vindt u de juiste gegevens.
Stichting Jalihal, Rozengaard 8, 5283GG Boxtel
Telefoon 0599 639543 Nr. KvK 17104454
IBAN: NL94 RABO 0168 8606 19 t.n.v. Stichting Jalihal
E-mail: info@jalihal.nl – Website: www.jalihal.nl
RSIN: 806838747

Bijlage: